of beter, het volk dat zichzelf verhief;
in de kalmte van deze pleinen,
onder de beschutting van deze poortjes
echode eens de stem van Domela,
Bakoenin, Kolthek, Sneevliet en Tante Jet.
Hier vond een streven rust
dat gouden randen kleurde
aan de loden luchten
van een smal bestaan,
en vond de kameraadschap voeding
die het hongerig en dorstig heden
op armslengte hield.
Hier viert het dubbel geboren dorp,
eens tehuis van forten, stellingen
en barricades, zijn vreedzame triomf.
De speeltuin zegeviert over het verkeer,
de voor- en achterperken over de wildernis,
de stilte over de bedrijvigheid:
een oord om te verlaten
wanneer het gaat benauwen,
om de ramen van open te vouwen
wanneer zij beslagen raken,
maar ook om naar terug te keren,
wanneer het tijd wordt zich te bezinnen
en van voren af aan te dromen.
Wie niet door deze poorten loopt
riskeert om nooit meer thuis te komen.
Herman Posthumus Meyjes
Deventer, 28 augustus 2013
Toelichting:
1. De bouw van volkswijken zoals deze stond destijds in het kader van de verheffing van de arbeiders en de
verbetering hun leefomstandigheden.
2. Vooruitstrevende sociale bewegingen, zoals die van socialisten, anarchisten en communisten hadden
relatief veel aanhang onder de bewoners, zeker in de crisisjaren van de vorige eeuw. Ter zake doende
namen worden genoemd, waarbij “tante Jet” de koosnaam is van de dichteres en politiek activiste
Henriƫtte Roland Holst. Henk Sneevliet was de voorman van de Revolutionair-Socialistische Arbeiderspartij.
3. Dit stadsdeel werd rond de eeuwwisseling geheel hernieuwd, met behoud van de typerende bouwstijl,
met decoratieve poorten, en het bestaande stratenplan. Vele bewoners keerden terug in hun vroegere
woning.
4. Oorspronkelijk was dit buitenmuurse terrein geheel toegewezen aan de constructie van verdedigingswerken.
Deventer was tot het midden van de 19e eeuw een belangrijke vestingstad.
5. De wijk kent een actieve speeltuinvereniging waarvan het terrein dwars op een drukke verkeersader ligt.
Stadsgedicht 5
Geen opmerkingen:
Een reactie posten