Tekst bestemd voor de Deventer Dichtersdoos
die van de ene stadsdichter op de volgende overgaat
Ik heb mijzelf ter kist besteld,
de stedelijke lier gesmoord:
Voorbij de tijd dat ik werd gehoord,
voorbij de tijd dat ik werd geteld.
Terpsichore, ik smeek niet langer toegang tot uw schoot,
ik kan uw wapp'rend vaandel niet meer volgen.
Het dient geen doel hierom te zijn verbolgen,
te fulmineren tegen tijd en dood.
Laat nu dan andere handen in de snaren grijpen.
Geen nood, als het woord, het lied maar helder klinkt,
de muze, in vuur ontstoken, met vervoering zingt –-
dàn zal het stadsgezang tot ware dichtkunst rijpen.
Herman Posthumus Meyjes
1 augustus 2015
Terpsichore: In de Griekse mythologie de muze van dans en zang en van de poëzie
Stadsgedicht 60
Nieuwe stadsdichter Johanneke ter Stege staat klaar om het dichterskistje in ontvangst te nemen. Naast haar wethouder Robin Hartogh Heys |